woensdag 17 april 2013

conflictbemiddeling leidt tot outplacement?


Meestal komt een vraag voor een outplacementtraject, vanwege ziekte of verstoorde werkverhoudingen of boventalligheid, bij een werkgever vandaan maar nu stond een werknemer voor mijn bureau. De man was duidelijk overspannen en sprak van de hak op de tak. De huisarts had rust geadviseerd en onlangs stond, ondanks het advies van rust, zijn werkgever voor zijn deur.  Dit was toch wel de druppel die de emmer, die toch al te vol zat, over deed lopen! Ik kreeg allerlei anekdotes te horen over voorvallen op de werkvloer.  Na het aanluisteren van zijn verhaal heb ik in overleg met deze werknemer contact gezocht met de betreffende werkgever. Deze bleek met de handen in het haar te zitten en gaf aan geen contact te kunnen krijgen met zijn werknemer. De werkgever was aanvankelijk wantrouwend want de geboden hulp was immers ingeschakeld door de werknemer. Na een goed en persoonlijk gesprek bleek de werkgever bereidwillig om de geboden hulp om de beste oplossing voor beide partijen te vinden te aanvaarden.  

Aangezien er duidelijk sprake was van verstoorde verhoudingen is er een voortraject ingezet gericht op mediation en het helder krijgen van het verhaal van beide kanten zodat we gezamenlijk konden zoeken naar een oplossing. Zowel de werkgever als de werknemer kregen ondersteuning bij dit proces.

Al snel werd duidelijk dat de werknemer zich erg verantwoordelijk voelde voor het reilen en zeilen binnen het bedrijf. Hij bleek een andere visie van kwaliteit van dienstverlening te hebben dan de werkgever en zich met zaken te bemoeien, welke niet tot zijn taakomschrijving behoorde.  Na het duidelijk omschrijven van beide kanten van het verhaal werd duidelijk dat de werknemer niet meer terug kon en wilde naar het bedrijf. Ik maakte een duidelijke rapportage over de verstoorde werkverhoudingen op.  De werkgever zag inmiddels de werknemer als een pakket lasten.                       Het mediationtraject liep dan ook uit op het opmaken van een vaststellingsovereenkomst waarin overeen was gekomen dat de werknemer niet meer terug kon naar het bedrijf. Op grond van deze vaststellingsovereenkomst kon via het UWV een ontslagvergunning worden aangevraagd.

Het eigenlijke outplacementtraject kon starten op het moment dat duidelijk was dat de partijen uit een gingen. Er moest een andere koers voor de opgeluchte werknemer worden uitgezet. Naast coaching van de werknemer op de manier waarop hij in zijn werkzaamheden had gestaan en op inzicht in de patronen welke tot zijn overspannenheid hadden geleid, kwamen de tijdens een outplacementtraject gebruikelijke vragen aan de orde. Na het onderzoeken van zijn capaciteiten, interesses en voorkeuren voor mogelijke beroepsvelden werd het duidelijk dat de man graag voor de klas zou willen staan als leraar. Na een oriƫntatie op de opleidingsmogelijkheden en in overleg met diens vrouw is de man een verkorte leerroute ingeslagen. Deze opleiding kon worden bekostigd uit het budget voor het outplacementtraject. Na afloop van de ww-periode kon het stel financieel een periode overbruggen waarin de man de opleiding zou behalen. De man heeft een persoonlijke coaching ontvangen om hem te helpen zijn doelstellingen te behalen. De man staat inmiddels, maar ruim twee jaar later nadat hij voor het eerst aan mijn bureau stond, in overeenstemming met zijn wens, voor de klas.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten